Interview noodopvang

“Ik red me overal”

Noodopvang met perspectief

In de media

Interview noodopvang

“Ik red me overal”

Noodopvang met perspectief

In de media

Interview

‘Ik red me overal’

Een aantal maanden geleden verloor de 46-jarige Dennis zijn woning. Hierdoor kwam hij in de noodopvang terecht. “Ik heb hier leuke kennissen aan overgehouden. We maken er met elkaar het beste van.”

Al van jongs af aan zit het rondzwerven in Dennis’ bloed. Als kind van gescheiden ouders groeit hij op zonder vader. Ook op school gaat het niet lekker. Als hij op zijn dertiende van de zoveelste school wordt gestuurd, besluit hij om mee te gaan met een rondreizende kermis. “Ik ben een echte Amsterdammer, weet je. Ik praatte met mijn vuisten voordat ik met mijn mond sprak. Ik was een impulsief kind. Heel zelfstandig en ik redde me overal.” Alhoewel het niet ‘gewoon’ is dat een kind meetrekt met een kermis, blikt Dennis er positief op terug. “Het is wel goed voor mij geweest. Het was iedere dag feest en tegelijkertijd moest er hard gewerkt worden. Het bracht me discipline bij.”

‘Mijn kind is mijn alles’
Op zijn twintigste zegt Dennis het kermisleven vaarwel. Hij gaat samenwonen en heeft verschillende baantjes. “Ik had allerlei rotbaantjes en ging ondertussen ook dealen. In die tijd kon je daar goed geld mee verdienen.” In de jaren die erop volgen heeft Dennis een turbulent leven. Een korte periode zit hij in de gevangenis. Hier behaalt hij verschillende diploma’s voor laswerk. In de jaren die volgen gaat hij als gediplomeerd lasser aan de slag.

Met zijn eerste vrouw kreeg Dennis elf jaar geleden een zoontje. Deze gebeurtenis verandert zijn leven voorgoed. “Kijk, ik heb zijn naam op mijn halsslagader getatoeëerd”, zegt hij trots. “Mijn kind is mijn alles. Voor hem wil ik het beste. Hij moet het niet wagen om van school af te gaan. Ik wil niet dat hij dealt of in het criminele circuit terecht komt.”

‘Praten deed
ik met mijn
vuisten’

……………………………..

Saamhorigheid
Nadat hij dakloos werd verbleef Dennis in de noodopvang aan de Transformatorweg en bij de Stayokay. “Ik vond het niet erg om daar te zijn. Ik hecht geen waarde aan spullen en slapen kan ik overal. Met de mensen kon ik goed overweg. Er was een gevoel van saamhorigheid.”

Tot zijn grote verrassing is Dennis al vrij snel doorgestroomd naar de Gastenburgh. Een dag- en nachtopvang midden in Amsterdam Centrum. “Ik heb hier een persoonlijk begeleider en hoef niet meer met mijn spullen te sjouwen. Ik hoop dat ik van hieruit begeleid kan gaan wonen. Ik heb iemand nodig die mij helpt met mijn financiën. Dat heb ik van huis uit nooit geleerd. En ik wil gewoon weer aan het werk als lasser.”

Artikel

Noodopvang met perspectief

Hoe kan je mensen die gebruikmaken van een tijdelijke nachtopvang toch toekomst bieden? Op onze noodopvanglocatie aan de Transformatorweg deden we mee aan de pilot ‘Opvang met perspectief’.

Artikel

Noodopvang met perspectief

Hoe kun je mensen die gebruikmaken van een tijdelijke nachtopvang toch toekomst bieden? Op onze noodopvanglocatie aan de Transformatorweg deden we mee aan de pilot ‘Opvang met perspectief’.

Eind 2019 opende de voormalige jeugdgevangenis aan de Transformatorweg haar deuren als winteropvang voor dak- en thuislozen. Hoewel de deuren van de winteropvang normaal gesproken in april sluiten, bleef de noodopvang het hele jaar geopend vanwege de coronacrisis. Daarnaast kwamen er ook twee dag- en nachtopvanglocaties in het gebouw. Eén daarvan werd door het Leger des Heils gecoördineerd, de andere door HVO-Querido. Dankzij de pilot ‘opvang met perspectief’, konden sommige bezoekers hier direct naartoe doorstromen.

Opvang met perspectief

Deze noodopvang was de enige locatie in Amsterdam waar bezoekers de mogelijkheid hadden om versneld door te stromen naar een dag- en nachtopvang, legt teamleider Gwendeline Constancia uit. “De pilot was ontstaan vanuit het oogpunt dat een deel van de mensen in de noodopvang recht heeft op maatschappelijke opvang. We wilden voorkomen dat zij bij de sluiting van de noodpvang weer op straat terecht zouden komen. In de pilot bekeken we hoe we mensen toe konden begeleiden naar werk, studie of dagbesteding. Of we hielpen hen bij het aanvragen van een postadres of een uitkering.

‘Een mens mag nooit
een nummertje
worden’

……………………………..

Zorgmijders en economisch daklozen

De bezoekers die van de noodopvang gebruik maakten, waren veelal zorgmijders en economisch daklozen. “Door de coronacrisis is duidelijk geworden dat er veel meer mensen op straat leven dan we in eerste instantie dachten”, blikt Gwendeline terug. Als belangrijke oorzaak noemt zij de woningkrapte en het tekort aan betaalbare huisvesting. “Meer betaalbare huisvesting zou een deel van het probleem tackelen. Maar we moeten ook kijken naar manieren waarop de daklozenopvang beter georganiseerd kan worden”, aldus Gwendeline. “Het aanmeldings- en uistroomproces duurt ontzettend lang. Mensen moeten zes tot acht maanden wachten voordat ze een intake kunnen krijgen. Je praat al snel over een jarenplan, iets wat enorm veel vraagt van onze deelnemers. Dit zou veel efficiënter ingedeeld kunnen worden, door al bij het moment van intake in te zoomen op wat iemand nodig heeft.”

Kijkend naar de mens

Door de pilot kon gelukkig een deel van de bezoekers van de noodopvang blijvende hulp en zorg krijgen. Gwendeline: “We hebben binnen aanzienlijke tijd alle bezoekers kunnen zien en spreken. Met iedereen hebben we persoonlijk contact gehad, zodat niemand in de menigte verdwijnt. Iemand mag nooit een nummertje worden, we bleven altijd kijken naar hoe het met iemand ging als mens.”

“De daklozenopvang kan beter georganiseerd worden.”

Campagne ‘Thuisblijven, hoe dan?’

Blijf zoveel mogelijk thuis was het devies in de coronacrisis. Maar dat is makkelijker gezegd dan gedaan als je geen eigen woning hebt. Daarom startte het Leger des Heils aan het begin van de crisis een campagne ‘Thuisblijven, hoe dan?!’. Hierin vroegen we aandacht voor de 40.000 dak- en thuislozen die Nederland telt. Want als organisatie zetten we alle zeilen bij om mensen van de straat te halen, maar de opvang is overvol en de doorstroom stagneert. Veldbedjes in een sporthal lossen het tekort aan woningen niet op. We zijn dan ook erg blij dat het kabinet in de zomer van 2020 heeft toegezegd dat er voor 1 januari 2022 10.000 extra woonplekken gerealiseerd moeten worden voor mensen uit de maatschappelijke opvang.

Campagne ‘Thuisblijven, hoe dan?’

Blijf zoveel mogelijk thuis was het devies in de coronacrisis. Maar dat is makkelijker gezegd dan gedaan als je geen eigen woning hebt. Daarom startte het Leger des Heils aan het begin van de crisis een campagne ‘Thuisblijven, hoe dan?!’. Hierin vroegen we aandacht voor de 40.000 dak- en thuislozen die Nederland telt. Want als organisatie zetten we alle zeilen bij om mensen van de straat te halen, maar de opvang is overvol en de doorstroom stagneert. Veldbedjes in een sporthal lossen het tekort aan woningen niet op. We zijn dan ook erg blij dat het kabinet in de zomer van 2020 heeft toegezegd dat er voor 1 januari 2022 10.000 extra woonplekken gerealiseerd moeten worden voor mensen uit de maatschappelijke opvang.

Volkskrant journalist loopt mee in de maatschappelijke opvang

Kunnen daklozen zich wel aan de lockdown houden? Volkskrant journalist Jeroen van Bergeijk liep een tijdje mee met onze collega’s in de maatschappelijke opvang om een antwoord te krijgen op deze vraag. Hij zag dat er een veel nijpender probleem is dan corona. Van Bergeijk: “Na een week of wat rondkijken bij het Leger des Heils begint het me te dagen dat de coronacrisis een veel minder grote invloed op daklozen en hulpverleners heeft dan ik had verondersteld. Er blijken veel grotere problemen te zijn dan de gevolgen van corona. Problemen die al jaren spelen.

Lees hier zijn indrukwekkende reportage.

Video
Share
Aanmelden

Meld aan

E-card

Uw naam

Uw e-mail adres

Naam ontvanger

E-mail adres ontvanger

Uw bericht

Verstuur

1