Ze heeft net dienst gehad bij de dierenambulance en gaat straks met de bus van Cordaan demente ouderen ophalen bij hun dagbesteding. Patricia houdt niet van stilzitten. Ze vindt het fijn om iets terug te doen voor de maatschappij. “Ik geniet van de leuke gesprekken, het contact met mensen. Dit is veel beter dan al die jaren dat ik laveloos op de bank heb gehangen.”
Patricia is een geboren en getogen Amsterdammer. Ze groeit op als enig kind. Op haar 11e gaan haar ouders uit elkaar. “Mijn vader was een alcoholist. Toen ze uit elkaar gingen liet hij mijn moeder achter met schulden en verdween uit beeld. Toch heb ik echt een gelukkige jeugd gehad. Mijn moeder zorgde goed voor me. Ze heeft altijd gewerkt en ze was heel schoon.”
‘Ik heb
een gelukkige
jeugd gehad’
…………………..
In haar middelbareschooltijd komt Patricia voor het eerst in aanraking met drugs. “Ik was toen een jaar of 14. We hingen vaak in de kelder en via vrienden of klasgenoten kreeg je weleens wat.” Op haar 17e gaat Patricia werken in een van de grootste coffeeshops van Amsterdam. In die tijd begint ze ook last van stemmen te krijgen. Hier krijgt ze medicatie voor. Haar drugsgebruik neemt alleen maar toe. In de coffeeshop leert Patricia de vader van haar eerste dochter kennen. Ze is 21 als ze voor het eerst moeder wordt. Tijdens haar zwangerschap ziet ze af van de drank en drugs. Na de geboorte krijgt ze echter last van een postnatale depressie. De stemmen in haar hoofd nemen alleen maar toe. ‘Je bent niks. Je hoort nergens bij’, hoorde ik mijn hoofd.”
Het leven zit Patricia op alle vlakken tegen. De relatie met haar vriend houdt geen stand en ze heeft een darmziekte onder de leden waardoor haar dikke darm wordt verwijderd. Het tij lijkt even te keren als ze de vader van haar tweede dochter ontmoet. Op haar 27e krijgt Patricia haar tweede kind met hem. Maar ook deze relatie houdt geen stand, waardoor ze alleen achterblijft met twee kleine kinderen.
‘Alleen hun aanwezigheid
was al genoeg’
Na haar tweede scheiding gaat Patricia meer drinken. “Ik had mijn moeder hard nodig, want ik kwam mijn bed niet meer uit. Mijn oudste ging op haar 12e bij haar vader wonen en is daarna door haar tante opgevoed. Mijn jongste dochter was 8 jaar toen jeugdzorg haar bij me weghaalde. Zij is ook bij haar vader gaan wonen en grotendeels door diens vrouw opgevoed.”
In de jaren die volgen, komt Patricia in verschillende afkickklinieken terecht. Maar telkens volgt er weer een terugval als ze in contact komt met haar oude vrienden. Acht jaar geleden komt Patricia voor het eerst in aanraking met het Leger des Heils. Ze ontvangt ambulante zorg en hulp in de huishouding. Ook wordt haar huis tot tweemaal toe grondig schoongemaakt. “Dat heeft me echt heel erg geholpen”, blikt Patricia terug. “Het was hier een chaos. Ik kreeg allerlei praktische hulp, bijvoorbeeld met het bijhouden van de post. En ze hielden in de gaten hoe het met me ging. Alleen hun aanwezigheid was al genoeg. Je voelde je dan niet meer zo alleen.”
‘God heeft me kracht gegeven’
……………………………..
Alhoewel Patricia de nodige zorg ontvangt, gaat het bijna helemaal mis. Drie jaar geleden krijgt ze een heftig ongeval in huis. “Ik ben pas veel later gevonden. Het had geen dag langer moeten duren. Ik ben met de traumahelikopter naar het ziekenhuis gebracht en was bijna dood. Die dag kreeg ik een tweede kans. Ik wist een ding zeker: dit nooit meer.”
Patricia laat zich opnemen in de Leger des Heils verslavingskliniek ‘De Wending’ in Ughelen. Ver weg van haar vertrouwde omgeving leert ze om haar verslavingen onder ogen te zien. “Ik ben daar acht maanden geweest. Ik heb daar ingezien dat het nu echt klaar is. Ik heb altijd al geloofd in God. Hij heeft me kracht gegeven om het vol te houden. De drank brengt me nu niks meer.”
Voor het eerst in jaren gaat het nu echt goed met Patricia. Ze geniet van het werk dat ze doet. Af en toe heeft ze nog contact met June en Audrey, haar voormalige begeleiders van het Leger des Heils. “Ze geloofden in me, weet je. Samen met de wijkregisseuse, zijn ze echt heel belangrijk voor me geweest.”
Ook het contact met haar dochters is weer hersteld. “Ik ben echt ongelofelijk trots op hen. Ze doen het zo goed. Mijn oudste dochter stimuleerde me ook om bij de dierenambulance te gaan werken. Ik dacht altijd dat ik niet kon leren. Ik was heel onzeker. ‘Ga het nou gewoon eens doen’, zei m’n dochter tegen me. ‘Je kan het’. En kijk nu eens. Het is gewoon gelukt.”
Medewerker Wonen & Zorg bij Rochdale
Werkt samen met het Leger des Heils in Amsterdam Zuidoost
“Woningstichting Rochdale verhuurt zo’n 9.000 woningen in Zuidoost. Grote flats en in sommige buurten bijna alle woningen. Onze betrokkenheid gaat veel verder dan alleen de stenen. Daarom werken we nauw samen met heel veel organisaties die actief zijn in Zuidoost, zoals het Leger. Onze samenwerking is goed én een uitdaging. Niet gek omdat het Leger natuurlijk de belangen van een cliënt voorop moet stellen. Wij moeten breder kijken; wat betekent het voor de buurt, de leefbaarheid. Wij hebben te maken met meerdere huurders die we allemaal prettig willen laten samenwonen.”
“We deden in het verleden al veel dingen waarvoor een wooncirkel bedoeld is”, aldus teamleider Bob Kloet. “We hebben goede contacten met de buurt, veel mensen doen vrijwilligerswerk. Ze helpen bijvoorbeeld bij onze maaltijden.”
“Als wooncirkel zie je je verantwoordelijkheid breder dan wat er binnen je eigen muren gebeurt”, vult Mark aan. “Buurtbewoners uit omslagwoningen kunnen een beroep op ons doen en we fungeren als achterwacht in de nacht voor een voorziening van Stichting Timon. Het zou mooi zijn als ook de ambulante teams van HVO-Querido, Cordaan en andere zorgaanbieders aan hun klanten vertellen over deze wooncirkel. Dat iedereen altijd welkom is en zo naar binnen kan lopen.”
Een wooncirkel is niet alleen van meerwaarde voor buurtbewoners die zorg nodig hebben, maar ook voor hun buren. Mark: “Een wooncirkel vergroot de draagkracht van een wijk. Buren die zich zorgen om iemand maken, kunnen bij ons terecht voor hulp en advies. Of om alleen maar even hun gevoelens te ventileren. We steunen hen in het buur-zijn van mensen met een beperking.”
>> Beeld: Hes van Huizen Fotografie
“We deden in het verleden al veel dingen waarvoor een wooncirkel bedoeld is”, aldus teamleider Bob Kloet. “We hebben goede contacten met de buurt, veel mensen doen vrijwilligerswerk. Ze helpen bijvoorbeeld bij onze maaltijden.”
“Als wooncirkel zie je je verantwoordelijkheid breder dan wat er binnen je eigen muren gebeurt”, vult Mark aan. “Buurtbewoners uit omslagwoningen kunnen een beroep op ons doen en we fungeren als achterwacht in de nacht voor een voorziening van Stichting Timon. Het zou mooi zijn als ook de ambulante teams van HVO-Querido, Cordaan en andere zorgaanbieders aan hun klanten vertellen over deze wooncirkel. Dat iedereen altijd welkom is en zo naar binnen kan lopen.”
Een wooncirkel is niet alleen van meerwaarde voor buurtbewoners die zorg nodig hebben, maar ook voor hun buren. Mark: “Een wooncirkel vergroot de draagkracht van een wijk. Buren die zich zorgen om iemand maken, kunnen bij ons terecht voor hulp en advies. Of om alleen maar even hun gevoelens te ventileren. We steunen hen in het buur-zijn van mensen met een beperking.”
>> Beeld: Hes van Huizen Fotografie
Uw naam
Uw e-mail adres
Naam ontvanger
E-mail adres ontvanger
Uw bericht